Zieke Pimpelmezen

COLUMN - Vorig jaar hebben we bij het Zuid-Hollands Landschap een nestkastje gekocht. Er zat een handleiding bij. ‘Niet voor koolmezen. Alleen voor pimpelmezen’, stond in de handleiding.

Op hoge poten ben ik toen naar de winkeljuffrouw gegaan. “Wat is dat voor een onzin?”, zei ik. “Koolmezen zijn toch ook vogels? Die willen ook wel eens lekker in een nestkastje zitten.” Want er is al genoeg discriminatie in de dierenwereld, wou ik er nog aan toevoegen. Ik dacht namelijk aan de Canadese ganzen en de Nijlganzen. Het zijn allebei exoten. Immigranten, zeg maar. Over de Canadese ganzen hoor je nooit iemand, terwijl we de Nijlganzen het liefst zien vertrekken.

De winkeljuffrouw keek me glimlachend aan. Ze zei: “Het vlieggat, meneer. Het gaat om het vlieggat.”
“Wat nou vlieggat? Vogels vliegen met hun vleugels, mevrouw, niet met hun gat.” Ik begon me behoorlijk op te winden.
“Het vlieggat is het gat, waardoor de vogels het kastje binnenkomen. Die is bij dit kastje te klein voor koolmezen.”

De volgende dag hebben we het kastje direct opgehangen. In de vlier achter ons tuinhuisje. Een mooie rustige plek. We hadden het nestkastje nog niet hangen, of er zaten twee mezen voor het vlieggat. Koolmezen. We hebben ze gelijk een naam gegeven: Sjaak en Bella.

Sjaak ging voorop. Hij stak zijn koppie in het vlieggat. Bella keek vanaf een tak toe.
“Mooi kassie”, zei Sjaak.
Bella slaakte een zucht. “Sjaak, dat kastje is niet voor ons.”
“Hoezo, dat? Het is toch een mooi kassie? Kom nou maar.”
“Het vlieggat, Sjaak. Dat is te klein voor ons.”
Sjaak probeerde zich naar binnen te wurmen. “Wie maakt er ook zo’n klein gaatje? Stelletje randdebielen.”
“Sjaak, dat nestkastje is voor die vervelende pimpelmezen”, zei Bella nog. “Die zijn een stukkie kleiner dan wij.” Daarna is ze weggevlogen. Ze kon het niet meer aanzien. Sjaak keek nog een keer vuil naar het nestkastje. Wou een flinke trap tegen het kastje geven, bedacht zich en vloog toen achter zijn Bella aan.

Het is nu ruim een half jaar later. Het nestkastje is nog steeds leeg. Van de week kwamen Sjaak en Bella nog een keer kijken naar het nestkastje. Sjaak voorop. Hij gluurde naar binnen. “Krijg nou wat”, zei Sjaak. “Leeg. Helemaal leeg. Bella, dat is toch waardeloos. Hebben ze een kassie hangen waar alleen pimpelmezen in kunnen, komen die rotbeesten niet.”
“Ze zijn ziek, Sjaak. De pimpelmezen zijn ziek.”
“Ziek? Wat hebben ze dan? Ziek van het pimpelen, zeker.”
Bella kon er niet om lachen. “Sjaak, laten we hier weggaan, anders worden wij ook nog ziek.”
Sjaak schudde zijn hoofd. “Pimpelmezen…vreemde vogels. Hangen ze een tof nestkassie voor ze op, worden ze ziek.”

Als we even later het nestkastje wat beter bekijken, zien we allemaal putjes rond het vlieggat. Blijkbaar heeft Sjaak met zijn snavel het vlieggat groter proberen te maken. Misschien dacht hij even dat hij de allure had van een specht. Maar ja, Sjaak is maar een eenvoudige koolmees.

Naschrift

Op het ogenblik zijn veel pimpelmezen ziek. Een bacterie maakt dat ze longontsteking krijgen. Omdat het mogelijk om een infectieziekte zou kunnen gaan, is het belangrijk om te voorkomen dat vogels elkaar direct of indirect via een voer/drinkplek besmetten, zeggen de deskundigen. Als er sprake is van vogelsterfte in je tuin, haal dan de voer- en/of drinkbakken weg. Ziet u dode pimpelmezen, dan kunt u dat melden bij Dutch Wildlife Health Center (DWHC) van de Universiteit van Utrecht: https://www.dwhc.nl/ziekte-en-sterfte-pimpelmezen/