Categorieën

Service

Bureau Stadsnatuur koppelt inzet tegen duizendknoop

Bureau Stadsnatuur koppelt inzet tegen duizendknoop
Nieuws

Bureau Stadsnatuur koppelt inzet tegen duizendknoop

  • Redactie
  • 24-02-2020
  • Nieuws
Bureau Stadsnatuur koppelt inzet tegen duizendknoop

SCHIEDAM - Samen sterker om de oprukkende duizendknoop een halt toe te roepen. Dat is de inzet van Bureau Stadsnatuur, die de inspanningen van Schiedam en Rotterdam op dit gebied koppelt.

Eigenlijk is het vooral het Havenbedrijf Rotterdam dat hard trekt aan de aanpak van de opdringerige exoot, vertelt Niels de Zwarte, ecoloog en hoofd van Bureau Stadsnatuur, een particulier kantoor gevestigd in het Natuurhistorisch Museum in Rotterdam. “Als zij een terrein opnieuw in de verhuur willen doen, moet het vrij zijn van de duizendknoop.” Iets bouwen op grond waarin de plant nog woekert kan fnuikende gevolgen hebben, aldus De Zwarte. In Groot-Brittannië is een bewijs van het vrij zijn van de duizendknoop volgens hem al een voorwaarde voor het verkrijgen van een hypotheek.

Een grote inspanning is nodig, omdat hèt antwoord in de bestrijding van de plant nog niet is gevonden. Afgraven of uitgraven, begraven, verhitting, gif, inpakken of elektrocuteren, het gebeurt allemaal maar geen van de methodes geeft vooralsnog het gewenste resultaat. “Te meer daar negentig procent doden van de plant niet afdoende is”, aldus De Zwarte. Wil je echt van de plant afkomen, dan moet deze voor honderd procent verdwenen zijn. “Anders komt die terug.”

Sinds kort werkt Bureau Stadsnatuur ook samen met Schiedam. De plekken in Schiedam waar de Japanse duizendknoop groeit zijn opgenomen op de kaart die het ecologisch bureau samen heeft gesteld en actueel bijhoudt. Met als doel de verspreiding van de plant in kaart te brengen om zo tot een gezamenlijke aanpak te komen. Waarbij het volgens De Zwarte wezenlijk is derde partijen te betrekken; nu voelt de bestrijding van de plant voor een partij als Irado in Schiedam nog als dweilen met de kraan open. Een terrein vrij proberen te maken van de plant heeft immers weinig zin als ‘aan de andere kant van het hek’ de plant welig tiert. Dat hek kan de terreinen afbakenen van de RET, Prorail, Rijkswaterstaat en nog andere partijen. Dit lopen nog niet erg hard in de bestrijding van de duizendknoop, zo is de indruk van De Zwarte. Zie ook dit artikel.

Samenwerking helpt om plannen te maken, gezamenlijk in te kopen en ook om alternatieve technieken in te kunnen zetten. De universiteit in Leiden is doende met een laboratoriumproef om de bladvlo in te zetten tegen de duizendknoop. “Maar onze ervaringen met de introductie van exoten in de bestrijding van ongewenst organismen zijn niet erg goed”, aldus De Zwarte. De universiteit in Wageningen is bezig met de ontwikkeling van een DNA-proef om te kunnen vaststellen of grond verontreinigd is met de duizendknoop. In de ‘denkgroep’ van ecologen en andere betrokkenen in de bestrijding van de plant, is ‘Wageningen’ ook een voortrekker in de samenstelling van draaiboeken om de aanpak van gevreesde plant effectief te maken.

Zo groeit er in onze regio een ‘coalitie’ tegen de Japanse duizendknoop. Wezenlijk om samen sterker te staan, uit te wisselen wat werkt en wat niet, maaibestekken op stellen en elkaar scherp te houden. Op de kaart van Bureau Stadsnatuur is bijvoorbeeld duidelijk te zien dat er in Schiedam-West (was Bernard Boode daar niet ooit de eerste die aan de bel trok over de plant..  zie dit artikel) en langs de Maasdijk werk aan de winkel is. Ook op Oranjeburgh was de plant goed aanwezig. Nog onduidelijk is of dat nog steeds het geval is nu het voormalige ziekenhuisterrein voor een goed deel is volgebouwd.

In oktober verwacht De Zwarte een nieuw overzicht van de situatie in Schiedam op de site www.bureaustadsnatuur.nl/duizendknopen te kunnen presenteren. Nu al – gezien het zachte weer – steekt de plant hier en daar al zijn kop op, aldus De Zwarte. Mensen die de plant in eigen tuin of elders herkennen en hier melding van willen maken, doen dat volgens hem het best via de site www.waarneming.nl; meldingen op die site worden door Bureau Stadsnatuur opgenomen in de kaarten.

Zie ook dit artikel.