Confrontatie loopt uit hand: Schiedammer klem tegen boom

SCHIEDAM - De confrontatie met een bekende uit Schiedam liep zo uit de hand dat Cynthia W. hem achternaging met een mes. Ondertussen was haar vriend, de 28-jarige Jan B., onderweg naar de twee. Toen B. hen zag, stuurde hij zijn voertuig de stoep op en reed hij de Schiedammer klem tegen een boom. Vervolgens lieten W. en B. het slachtoffer gewond achter. Tegen het duo werd vrijdag in de Rotterdamse rechtbank een cel- en taakstraf geëist.

De 34-jarige W. was de verhalen die het slachtoffer over haar zou verspreiden zo zat dat ze in de nacht van 4 op 5 juli 2021 besloot verhaal bij hem te halen. "Ik was bang mijn relatie kwijt te raken’’, zei ze. "Dat stond op knappen. Hij had gezegd dat ik met andere mannen naar bed was gegaan.’’ Ze wachtte het slachtoffer bij zijn huis aan de Rotterdamsedijk op.

De twee besloten het op een nabijgelegen industrieterrein uit te praten. "Het liep gelijk uit de hand’’, vertelde ze. "Hij spuugde me in mijn gezicht.’’ Daarop pakte W. een vleesmes uit een tas die in haar auto lag. Het slachtoffer liep weg, toen hij het op een rennen zette, ging zij hem achterna.

Op dat moment kwam B. in zijn bestelbusje de Nieuw-Mathenesserstraat opgereden. Hij wist dat zijn vriendin naar de Schiedammer was gegaan om verhaal te halen. B. wilde haar ophalen, zei hij. "Ik zag hem rennen. In een splitsecond heb ik de auto op de stoep gegooid. Voor ik het wist zat hij tussen de auto en de boom. Het was niet mijn bedoeling om hem aan te rijden. Ik wilde hem stoppen.’’

B. stapte uit en zag het slachtoffer liggen. "Ik zag dat hij zelf de hulpdiensten belde. Toen heb ik Cynthia de auto in getrokken en ben ik in paniek weggereden.’’ Ver kwamen ze niet. Na een paar honderd meter begaf de auto het. Het busje lekte olie en een band was waarschijnlijk lek door de hoge stoeprand. Maar ze gingen niet terug naar het slachtoffer. In plaats daarvan wachtten ze op een taxi.

Het slachtoffer had veel pijn. Door de aanrijding liep hij een gebroken bekken, open wonden aan zijn benen en een verwonding aan het hoofd op. W. had gezien dat de Schiedammer probeerde op te staan, maar gelijk weer in elkaar zakte. "Maar toch bent u weggegaan’’, zei de rechter. "Ik denk in paniek’’, antwoorde ze. Ze had er veel spijt van. "Ik draag het al anderhalf jaar met me mee.’’

De aanklager nam het de twee kwalijk dat ze het slachtoffer hadden achtergelaten. "Hij schreeuwde van de pijn, maar toch gingen ze weg.’’ Hij eiste een gevangenisstraf van 36 maanden, waarvan zes maanden voorwaardelijk tegen B. "Hij heeft het leven van het slachtoffer op zijn kop gezet. Hij is niet naar de plek gereden met slechte intenties. Hij had kunnen zien dat het slachtoffer degene was die werd bedreigd. In plaats van uit te stappen, gaf hij gas in reed hij hem aan.’’

Tegen zijn vriendin werd een taakstraf van honderd uur en een voorwaardelijke celstraf van twee maanden geëist. "Ze moest en zou hem spreken die nacht. Zij is ook de reden dat de andere verdachte ter plekke kwam.’’ Volgens de aanklager moet ze worden veroordeeld voor bedreiging en niet voor poging doodslag. "Ze had niet de bedoeling om hem te doden of om letsel toe te brengen.’’

De uitspraak is op 17 maart.