Schiedammers maken minste stappen naar bieb

SCHIEDAM - Schiedammers hebben de bibliotheek dicht bij de hand. Dat blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).

Waar een gemiddelde Nederlander zo'n twee kilometer moet lopen om bij een bibiliotheek terecht te komen, kan een Schiedammer met de helft van de moeite volstaan. Nog niet eens, want het CBS becijfert de gemiddelde afstand van een Schiedammer tot zijn of haar bieb op negenhonderd meter.

Daarmee hoort Schiedam tot de gemeenten waarbij de afstand tot de bieb, in ieder geval letterlijk, het kleinst is, te weten minder dan een kilometer. Dat is een select groepje, met het kleine Schiermonnikoog, het andere eiland Vlieland en het compacte Ouder-Amstel en dito Simpelveld. En dat is het wel zo ongeveer.

In Rotterdam is de gemiddelde afstand tot de bibliotheek 1,3 kilometer, in Vlaardingen 1,1, in Delft 1,4 en wat te denken van Noord-Beveland, met de grootste afstand tot de bieb; 14,4 kilometer. In de meeste landelijke gemeenten ligt de afstand tussen de drie en zes kilometer.

De situatie in Schiedam was zeven jaar geleden echt anders. Het CBS vergeleek bovenstaande cijfers over 2020 met die van 2014 en constateerde een verbetering (want daling) van de afstand tot de bieb met maar liefst 58 procent. In die periode opende de Bibliotheek Schiedam weer verschillende inloop- en uitleenplekken. Waar bijvoorbeeld daarvoor de bibliotheek in de Leliestraat werd gesloten, ging in de Hof in Zuid in de Nieuwe Maasstraat weer een steunpunt van de bieb open. Ook werden er nieuwe bibliotheken in scholen geopend.

In heel Nederland nam in die periode de gemiddelde afstand tot een bieb met honderd meter toe. In Montfoort lag de gemiddelde afstand tot een bibliotheek in 2020 5,6 kilometer verder dan in 2014, de grootste verslechtering in Nederland. In Lopik was dat 4,6 en in Zundert 4,1 kilometer. Deze gemeenten bezuinigden op de uitgaven aan de bibliotheek. In Rotterdam daalde de afstand tot een bieb gemiddeld met negentien procent.