Categorieën

Service

Schiedammers zouden opkijken als ze net zo moesten inschikken

Schiedammers zouden opkijken als ze net zo moesten inschikken
Wonen

Schiedammers zouden opkijken als ze net zo moesten inschikken

  • Han van der Horst
  • 15-01-2017
  • Wonen
Schiedammers zouden opkijken als ze net zo moesten inschikken

Plattegrond van Schiedam kort na de oorlog; kleine foto: Van Haarenlaan, 1967

COLUMN - Afgelopen week verscheen een persbericht met de mededeling dan het aantal inwoners van Schiedam gegroeid was naar 78.000. Zo hoog is het in decennia al niet meer geweest.

Toch telde Schiedam in de jaren vijftig 82.500 inwoners en rond 1960 maakte de gemeente plannen voor een toekomst met 130.000 inwoners. Dat kwam omdat men geloofde in de blijvende groei en bloei van de grote scheepswerven. In werkelijkheid stonden die aan de vooravond van een grote crisis. Daardoor is het aantal inwoners van Schiedam juist gaan dalen. Nu – een dikke veertig jaar na dato – zien wij weer een kentering.

Maar dat is wat anders. Ik was kind in het Schiedam van 82.500 inwoners. Elke zondag gingen wij op bezoek bij opa en oma die een bovenhuis bewoonden op de Vlaardingerdijk 15b. Dat pand staat er nog, vlakbij de vliegerwinkel en het voortreffelijke echt Schiedamse café de Windmill. Opa zat de hele dag voor het raam naar buiten te kijken.

Hij had uitzicht op een oud buurtje, de Laan ons Genoegen en de flat aan de Burgemeester Stulemeijerlaan. Die stond te midden van eindeloos weiland. Een eind verderop, bij de Rembrandtlaan, was de bouw begonnen van de eerste flats in Nieuwland. Mijn ome Aad en tante Luut kwamen in aanmerking voor een appartement op de Dr. Kuyperlaan. Ze stonden heel hoog op de wachtlijst omdat mijn tante ernstig aan astma leed. Tot dan toe woonden zij bij opa en oma op de Vlaardingerdijk.

Ze hadden de bovenverdieping omgebouwd met een voor- en een achterkamertje. Ik woonde met mijn ouders precies zo, maar dan op de bovenverdieping bij mijn grootouders van moederszijde. Zij stelden zich tevreden met de woonkamer, de eetkamer en een zijkamertje beneden. Zo lukte het de overheid toch om al die Schiedammers onder te brengen in een bebouwde kom die werd begrensd door de Maas, de Vijfsluizen, de Vlaardingerdijk, de Noordvestsingel en de Parallelweg. Bijna iedereen had inwoning. Hoe weinig woonruimte de gemiddelde Schiedammer tot zijn beschikking had, blijkt uit het feit dat de bebouwing nu bijna de Woudweg heeft bereikt, een stuk ten noorden van het dorp Kethel. Toch is het inwonertal van Schiedam nu lager dan een halve eeuw geleden. De Schiedammers van nu zouden raar opkijken als ze gevraagd werd net zo in te schikken als de generaties van vlak na de oorlog.