Categorieën

Service

Boomps a Daisy!

Boomps a Daisy!
Uit

Boomps a Daisy!

  • Han van der Horst
  • 28-07-2024
  • Uit
Boomps a Daisy!

COLUMN - Je kunt het wel over actualiteiten hebben de hele tijd, maar waarom zou je? Mijn moeder had een wel heel noodlottige dag gekozen om achttien te worden, zondag 26 mei 1940. De bezetting was elf dagen oud. In de krant had gestaan dat de bonnenboekjes voor brood konden worden opgehaald. Bewoners van de Parallelweg die bij het bombardement hun inboedel verloren, konden zich voor hulp laten inschrijven. 

Een enkele keer vertelde mijn moeder wel eens over haar tienerjaren. Dat zij uit dansen ging. Ze had het over de Lambeth Walk en de Boomps a Daisy. De eerste werd door de kerk toegestaan. Orkesten speelden die op katholieke dansavonden, maar tegen de Boomps a Daisy hadden de paters en de kapelaans groot bezwaar. Die was onzedig, want de jongens en de meisjes stootten zijdelings met de billen tegen elkaar. Mijn moeder was – niet bijzonder fanatiek - katholiek. Zij was lid van de Graal, een massa-organisatie voor roomse meisjes van alle standen en bovendien van de katholieke verkennerij waar zij het nog tot akela zou brengen. Daar ontmoette zij na de oorlog oubaas Jan van der Horst en dat is de diepste oorzaak van het gegeven dat u nu dit stukje leest. 

In de tienerjaren van mijn moeder was overal in de stad levende muziek te horen. In gerenommeerde café-restaurants als De Amstelbron of De Kroon speelden altijd strijkjes. De bals werden opgeluisterd door grote bands die de radiohits van die dagen speelden – dit met meer of minder succes. Zulke bals vonden bijvoorbeeld plaats in de grote zaal van de R.K. Volksbond, later Arcade en tegenwoordig de stadsvilla Mout. Ze werden veelal georganiseerd door verenigingen en ze trokken een groot publiek. Wat dat betreft had bijvoorbeeld de Schiedamse Gymnasiastenbond een grote reputatie.

Thuis had je hoogstens de radio. Een grammofoon was alleen weggelegd voor de echt welgestelden en eiste bovendien veel aandacht, want op platen pasten hoogstens twee nummers van een minuut of drie. Je was dus eindeloos aan het omdraaien. Als de grammofoon nog ouderwets was en niet elektrisch werd aangedreven, moest je ook nog elke keer de veer opwinden. Dan maar liever naar een bal of een danszaal als je de entree kon betalen. 

Dat klinkt allemaal nogal ouderwets, maar in veel opzichten leefde het tiermeisje dat later mijn moeder zou worden, toch in een moderne tijd. Overal in de stad lokten lichtreclames tot aankopen. De jeugd aanbad de sterren van het theater en het witte doek. Men liep massaal uit om ze te begroeten. Ook stortten vooral jongeren zich in rages. Daar maakte de commercie handig gebruik van. Tot het leven van de jeugd waar de ouderen hoofdschuddend naar keken, behoorde een totale overgave aan dansrages.

Nieuwe danspassen werden regelmatig gelanceerd meestal in het kader van reclame voor een film of een theaterrevue. Aan het eind van de jaren dertig waren de dagen van de Charleston, die we allemaal nog kennen, al lang voorbij. Toen mijn moeder voor het eerst naar bals mocht was heel Nederland volstrekt verslingerd aan de Lambeth Walk, afkomstig uit een Engelse musical Me and my girl. De Lambeth Walk kwam Nederland binnen via de bioscopen, waar de verfilming van Me and my Girl vertoond werd met in de hoofdrol Lupino Lane, die daarmee zijn reputatie als wereldster bevestigde. Al gauw diende elk dansorkest de Lambeth Walk op zijn repertoire te hebben. Ook de Nederlandse sterren van revue en theater namen het nummer over. Zo schitterde Lou Bandy in een totaal uitverkocht Passage Theater met als groots slotnummer een Lambeth Walk waar zijn hele gezelschap – orkest en danseressen – aan meedeed. 

Waarom werd juist deze dans zo gewaardeerd, ook uit onverwachte hoek zoals die van het Rooms Katholiek Filmfront?

Je deed het met zijn tweeën maar het was ook een beetje een groepsdans. Als men in die tijd iets vreesde, dan was het een jongen en een meisje die zich in elkaar verloren. ¨Slijpen¨ noemden wij dat in mijn tijd – de jaren zestig – en ik heb het nog meegemaakt dat pater rector tijdens een klassenavond al te innige paartjes op de dansvloer uit elkaar trok. Bij mijn lief op schoolfeesten moest er een tas tussen kunnen.

Bij de Lambeth Walk konden zulke verstrengelingen eenvoudigweg niet voorkomen. Ook zaten er in de muziek geen schrille jazztonen. Het was om zo te zeggen een gezonde rage. 

Maar de Boomps a Daisy was ondeugend en gewaagd met die achterwerken tegen elkaar. Eigenlijk was deze dans al heel oud. Hij stamde uit een periode die de Engelsen de stoute jaren negentig (van de negentiende eeuw) noemden. Maar toen iedereen na een jaar of wat genoeg had gekregen van de Lambeth Walk, werd hij in de Engelse badplaats Blackpool door handige ondernemers weer tot leven gewekt. Het succes was onverwacht en zo kwam het dat in Schiedam de kapelaans er tegen waarschuwden. Toch heeft mijn moeder – weet ik zeker – graag haar zielenheil in de waagschaal gesteld. 

Wie weet kan een dansgroep de Lambeth Walk en de Boomps a Daisy weer eens tot leven wekken, bijvoorbeeld voor een optreden in het kader van Schiedam 750. Of is dit een mooi plan voor het Stedelijk Gymnasium? Die Schiedamsche Gymnasiasten Bond van weleer schept tenslotte verplichtingen. 

Het Britse filmjournaal laat zien hoe je de Boomps a Daisy danst. 

Met de Lambeth Walk kun je hele zalen in vervoering brengen zoals blijkt uit deze beelden.