Een landelijk en industrieel interieur: de vijf kenmerken

SCHIEDAM - De woontermen vliegen je om de oren in blogs, magazines, vlogs en tv-programma’s, maar eentje die vooral beklijft is landelijk-industrieel. Waarschijnlijk omdat heel veel woonstijlen hieronder vallen. Met welke kenmerken voldoet jouw interieur geheel of gedeeltelijk aan deze tijdloze stijl? En is het nog mogelijk om daar een beetje originaliteit in aan te brengen?

Organische vormen: ovale tafels en ronde stoelen
Het antwoord op de eerste vraag luidt ja: een persoonlijk stempel is de finishing touch op je landelijk-industriële interieur. Maar daarover straks meer. Het landelijke gedeelte van deze woonterm refereert aan de natuur, waarin niks haaks of rechthoekig is. Dat uit zich in meubels met organische vormen, zoals een ovale eettafel of stoelen met een kuipvorm. In met name woonkeukens is zo’n eettafel een blikvanger en trekpleister tegelijk. 

Zichtbare oorspronkelijke materialen
Het industriële aspect komt naar voren wanneer je de oorspronkelijke materialen in een meubelstuk of onderdeel van je huis terugziet. Van tot bakstenen gestripte muren tot metalen filmsetlampen – dat zijn de bekendste – tot houten wanden, kurken vloeren en rotan meubels. Die laatste twee zijn typisch jaren ‘70: geen toeval, want het decennium van de discomuziek en de daaruit voortvloeiende opvallende kleuren is weer helemaal terug in interieurland.

Rustieke en uitheemse invloeden
Hout is het duurzaamste en bekendste industriële materiaal. Het wordt in deze eeuw massaal (opnieuw) omarmd, nadat mensen jarenlang hun woningen vol hebben gezet met zelfbouwkasten, die jongensnamen dragen en uit dubieus materiaal zijn vervaardigd. Juist die meubels maken een interieur anoniem. Anno nu zijn houten meubels in. Op woonplatform Gigameubel doe je eindeloos inspiratie op met houtsoorten zoals mango, eiken en walnoot. Daar zie je ook dat landelijk-industrieel vaak valt of staat met invloeden uit Scandinavië en Zuid-Europa. 

Contrast en lichtinval
De lichtinval is belangrijk voor de uitstraling van een interieur én je humeur. Het daglicht weerkaatst niet op donkere muren en meubels, dus beperk je deze tot een minimum. Of je laat ze in ieder geval mooi contrasteren met lichtere elementen. Denk aan de trendy zwart-metalen deuren met glasplaat erin. Of (donkere) houten balken met een witte muur. 

Veel vintage en groen
De kers op de taart: je persoonlijke stempel op het geheel. Dat zit ‘m in de details. Van souvenirs en familiefoto’s tot complete platen- en (kook)boekenverzamelingen. En vooral veel vintage. In de keuken zijn dat bijvoorbeeld een metalen pastamachine op een ere plek, of een antiek hakblok dat nu als plantentafel dient. In de woonkamer is dat een vooroorlogse radio met houten behuizing, een opvallend kunstwerk van een lokale artiest of een retro lamp. En natuurlijk veel groen, want de natuur speelt een voorname rol in deze woonstijl.