Categorieën

Service

Eerbiedig gedaan voorstel aan zakkendragers

Eerbiedig gedaan voorstel aan zakkendragers
Nieuws

Eerbiedig gedaan voorstel aan zakkendragers

  • Han van der Horst
  • 20-12-2015
  • Nieuws
Eerbiedig gedaan voorstel aan zakkendragers

COLUMN - Wie denkt dat Schiedam de enige stad ter wereld is die zijn zakkendragers met een standbeeld eert, heeft het mis. Antwerpen kent al sinds 1950 zijn buildrager, die stoer staat te kijken aan de zijkant van het historische stadhuis. Het is een beetje een oorlogsmonument want de initiatiefnemers wilden er de havenarbeiders mee eren die in 1944 en 1945 de geallieerde bevoorradingsschepen bleven lossen ondanks het feit dat de ene na de andere Duitse V2 insloeg.

Onze zakkendrager is uit 1987. Het beeld werd opgericht als een eerbetoon aan het Sint-Anthonisgilde dat zoveel voor de welvaart van de stad heeft betekend. Ga maar na: elke dag arriveerden er schepen vol rogge en gerst voor de branderijen. Die moesten allemaal met de hand gelost worden. Zakkendragers waren dan ook oersterke figuren. Anders hield je het loodzware werk niet vol.

Vast werk had je niet, zoals alle rechtgeaarde Schiedammers weten. Een zakkendrager werd per karwei betaald. Of je werk kreeg, hing af van je succes bij een speciaal dobbelspel dat in het Zakkendragershuisje werd gespeeld. Het zat zo in elkaar dat iedereen regelmatig aan de beurt kwam. In de oude tijd verdiende een zakkendrager méér dan een gewone arbeider. Het was een begeerd beroep en zakkendragers hadden over belangstelling van de meisjes niet te klagen.

De haven van Antwerpen is nog steeds enigszins een zakkendragershuisje in het heel groot. Havenarbeiders van het algemeen contingent, zoals dat heet, moeten verschijnen in een gebouw dat oneerbiedig aangeduid wordt als het kot. Als werk wordt aangeboden, hebben zij acht minuten om zich te melden. Ze gaan daarna direct door naar het karwei.

Daarom mogen juist Schiedammers op bezoek in Antwerpen het beeld van de buildrager niet achteloos passeren. Sta even stil en lees de eenvoudige woorden op de sokkel: “Vrijheid, Arbeid”.

Daar mag het niet bij blijven. Het Sint-Anthonisgilde zou in een bijzondere verhouding moeten staan tot dit Antwerpse beeld. Dat kan op een manier die het belangrijkste levensprincipe van de hedendaagse gildenbroeders belichaamt: het nuttige met het aangename te verenigen. In de Gildebrief zou moeten worden opgenomen dat alle leden van het gilde, vergezeld van hunne partners minstens eenmaal per jaar met zwartgeel lint versierde bloemen gaan leggen bij de Antwerpse buildrager, om vervolgens een gildenmaaltijd te genieten in een van de vele etablissementen die daar te vinden zijn. Om er voor te zorgen dat de Antwerpenaren begrijpen wat er gebeurt, dragen alle bedevaartsgangers hun gildekledij. Uiteraard moet ook het vaandel mee. Ik verzoek de zakkendragers dit eerbiedig gedane voorstel in ernstige overweging te nemen.