Midden-Delfland schrikt van demoboerderij Lely

SCHIPLUIDEN – De Midden-Delfland Vereniging is verbaasd. Een grote demoboerderij met hoge silo’s van Lely Industries in Schipluiden mag wel, ondanks dat het bedrijf het landschap ontsiert. En een kleinschalige voedselproducent als De Moestuinderij in Maasland mag niet, omdat zulke teelt niet in het bestemmingsplan past. 

De Middden-Delfland Vereniging is over beide kwesties het gesprek aangegaan met de gemeente Midden-Delfland, waar Schipluiden en Maasland onder vallen. De vereniging begrijpt niet hoe de gemeente aan Lely een vergunning heeft kunnen verstrekken voor de demoboerderij aan de Zouteveenseweg. De komst ervan veroorzaakt veel onrust in de directe omgeving en ook onder veel leden van de Midden-Delfland Vereniging, ook die in Schiedam. “Hoe kan zo’n grote boerderij zich vestigen in een zeer landelijk en rustig gebied?” vragen de leden zich af. Ze vinden het er niet passen. Een gesprek met de leiding van Lely kon de onrust niet wegnemen. 

De vereniging voert nu intensief overleg met de gemeente en Lely wat wel en niet verantwoord is op de locatie aan de Zouteveenseweg. Voorzitter Koos Karssen: “Wij willen verdere aantasting van het landschap voorkomen. Wij vragen ook om een betere inpassing van gebouwen en installaties.” 
De vereniging houdt een vinger aan de pols. De bewoners en het recreërend publiek in Schipluiden mogen geen overlast ondervinden, zegt Koos Karssen.  

Dat de gemeente het bestemmingsplan handhaaft en De Moestuinderij verbiedt, vindt de vereniging onbevredigend. De vereniging vindt dat bedrijf juist een positieve ontwikkeling. Koos Karssen: “Het is een goede manier om de consument, vooral de stedeling, actief te betrekken bij duurzame lokale voedselproductie. We hebben de gemeente om een oplossing gevraagd. We blijven ons inzetten om innovatieve ontwikkelingen handen en voeten te geven.” 

De vereniging pleit daarom voor nieuw beleid en voor een pilot of proefproject in Midden-Delfland voor lokale, kleinschalige en duurzame voedselvoorziening met nieuwe korte ketens (‘van boer tot bord’). Zulke ontwikkelingen dragen ook bij aan de weidevogelstand. 

Koos Karssen benadrukt dat het bestuur er meteen achteraan gegaan is, toen de leden met signalen kwamen dat er dingen verkeerd gaan. “We gaan altijd over tot actie als er iets loos is, of het nu gaat om bouwplannen, bomenkap, verkeersproblematiek of grootschalige plannen van de provincie of het Rijk in ons gebied”, zegt hij.