Vlindertelling levert minder vlinders op dan eerdere jaren
- Redactie
- 13-08-2024
- Nieuws
SCHIEDAM - In de landelijke tuinvlindertelling, van 2 tot 4 augustus, zijn minder vlinders geteld dan in de vijftien voorgaande tellingen.
Op zo’n vijfduizend plekken telden mensen een kwartier lang de vlinders die ze in hun tuin tegenkwamen. "Het weer was redelijk, maar er zijn minder vlinders geteld", aldus de Vlinderstichting, die de telling organiseerde.
De atalanta is het meest gezien in de Tuinvlindertelling van 2024. Met het klein koolwitje als tweede en de dagpauwoog als derde. In Groningen, Drenthe, Gelderland en Overijssel was het klein koolwitje de winnaar en stond de atalanta op de tweede plek. De vierde plek was voor het bont zandoogje. Dat is een soort die zich de afgelopen jaren sterk heeft uitgebreid en ook veel in tuinen wordt gezien. Bont zandoogjes zijn territoriaal en een mannetje duldt geen andere mannetjes in zijn buurt, dus grote aantallen bij elkaar zul je er niet van zien. Dat deze toch zo hoog is geëindigd geeft aan dat hij gewoon in veel tuinen aanwezig was.
De kleine vos was landelijk zesde, maar deze vlinder is voornamelijk in het westen en noorden van het land gezien. Op de hogere zandgronden in Drenthe, Overijssel, Gelderland, Noord-Brabant, Limburg, maar ook in Zeeland stond deze niet eens in de top tien. In vier van de voorgaande edities van de tuinvlindertelling was dit zelfs de meest getelde vlinder.
Er zijn dit jaar gemiddeld vijf vlinders per telling doorgegeven. Dat is het laagste aantal sinds de tuinvlindertelling in 2009 startte. Het minimum tot nu toe was 8,2 vlinders per telling in 2018 en 2023.
De Vlinderstichting heeft dit jaar met nadruk gevraagd om ook nultellingen door te geven. Als iemand nul vlinders zag in het kwartier dat hij of zij oplette, werd gevraagd dit ook door te geven. In meer dan vierhonderd van de tellingen bleek dit het geval: wel geteld, niets gezien. Per telling werden landelijk vijf vlinders geteld. Dat is veel minder dan alle voorgaande edities. "Als we de nultellingen, waar we dit jaar extra aandacht voor vroegen, niet meetellen, komen we op 5,5 vlinders per telling, nog steeds een laag aantal."
Bij zo’n korte telling van een weekend ben je nogal afhankelijk van toevalsfactoren, zoals de vliegtijd van de algemene soorten en de weersomstandigheden, zo stelt de Vlinderstichting. "Het weer was redelijk te noemen dit jaar. De temperatuur was boven de twintig graden Celsius, maar er was wel vaak vrij veel bewolking. Een echte tuinvlinder als de dagpauwoog was nog steeds aanwezig, maar een aantal weken geleden vlogen er wel veel meer."