Schiedams huishouden bezit in doorsnee 9400 euro

SCHIEDAM - Het doorsnee vermogen per huishouden in Schiedam is 9400 euro. Dat meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) vandaag.

Het vermogen is daarmee te vergelijken met dat in Delft, waar een huishouden het vaakst 9600 op de bank en elders heeft. Ook in Den Haag ligt dit cijfer in de orde van grootte van negeduizend euro. In Rotterdam is het doorsnee vermogen met 4300 euro het laagste van Nederland. Vlaardingse huishoudens zijn het vaakst 15.500 euro waard, in Amsterdam ligt dit cijfer op 7900 euro.

Vermogen is zowel het geld in de portemonnee of op bankrekening, als de waarde van beleggingen en de waarde van een eigen huis. Alleen de opgebouwde tegoeden bij spaar- en beleggingshypotheken zijn  niet meegenomen in de sommen. Ook pensioenaanspraken zijn niet meegeteld.

Het doorsnee vermogen is het gemiddelde van alle vermogen op een rijtje gezet. Dat is anders dan het gemiddelde vermogen. Bij een stad met drie huishoudens, van respectievelijk duizend, tweeduizend en twaalfduizend euro aan vermogen is het gemiddelde vermogen vijftienduizend gedeeld door drie is vijfduizend euro. Het doorsnee vermogen is hier tweeduizend euro. Er zijn dan evenveel huishoudens die een lager als die een hoger vermogen hebben.

In 2018 bedroeg het doorsnee vermogen van Nederlandse huishoudens 38,4 duizend euro, tienduizend euro meer dan een jaar eerder., aldus het CBS. De toename komt vooral doordat woningen in waarde bleven stijgen. Het vermogen is nog niet op het niveau van 2008. Wanneer de eigen woning buiten beschouwing blijft, was het vermogen met 14,6 duizend euro iets hoger dan in 2017 en iets lager dan de piek in 2010. 

Met een vermogen van in doorsnee 337 duizend euro was Bloemendaal de meest vermogende gemeente in 2018. Opmerkelijk: de sterke Brabantse vertegenwoordiging van Brabantse dorpen in de hoogste regionen van de vergelijking: Alphen-Chaam, Hilvarenbeek, Oirschot, Sint-Anthonis en Bergeijk behoren alle tot de top tien. 

De ongelijkheid in vermogen tussen huishoudens was in 2018 kleiner dan het jaar ervoor. De vermogensongelijkheid daalt al vanaf 2015, aldus het CBS, wat samenhangt met de aantrekkende woningmarkt. Tussen 2011 en 2014 nam de vermogensongelijkheid nog toe. Dit hing sterk samen met de daling van de huizenprijzen tijdens de economische crisis, die vooral de minder vermogende huizenbezitters trof. Rijkere huishoudens met een eigen woning hebben vaak ook andere bezittingen. De vermogensongelijkheid exclusief eigen woning is in de periode 2011-2018 vrijwel niet veranderd.