Geen eigen entree voor Theater aan de Schie

Schets van het plan dat enkele jaren geleden werd gemaakt, met onder meer een nieuwe entree voor het theater; beeld gemeente Schie

SCHIEDAM – Theater aan de Schie krijgt geen eigen entree. Dat was wel een wens, maar het College van Burgemeester en Wethouders vindt een eigen entree ‘niet verstandig’ en ‘niet te verantwoorden’, zo meldt zij aan de gemeenteraad.

Er is een vooronderzoek gedaan en als gevolg daarvan ziet het college af van de ontwikkeling van een eigen entree voor Theater aan de Schie met bijbehorende herinrichting van het openbaar gebied. Het college schrijft in de brief aan de raad: “Al lange tijd is de wens van Theater aan de Schie om een ‘eigen’ entree te krijgen’, die de zichtbaarheid van de instelling voor publiek zou moeten vergroten. Ook in de raad klinkt deze wens door. Afgelopen tijd is in samenwerking met de architect van het Stadserfcomplex en het theater onderzocht welke mogelijkheden er zijn om zo’n eigen entree als op zichzelf staan project te realiseren. In dit kader is een schetsontwerp gemaakt door de architect van het Stadserfcomplex, waar het theater is ingebed, waarin de entree met uitbreiding van vierkante meters aan de Broersveld-zijde (sic) is uitgewerkt. Van het schetsontwerp is vervolgens een raming gemaakt van de investeringskosten door een bouwkostenadviseur.”

Op basis van het schetsontwerp is geraamd dat de bouwkosten van de nieuwe entree van het Theater aan de Schie circa 4,3 miljoen euro zullen bedragen. “De, uit bovengenoemde investeringskosten voortvloeiende, jaarlijkse kapitaallasten zijn begroot op circa 387 duizend euro per jaar, hetgeen een structurele huurstijging van circa 150 procent zou veroorzaken. Een dergelijke huurstijging wordt economisch gezien niet haalbaar geacht voor de exploitatie van het theater dat heeft aangegeven een beroep te gaan doen op het Noodfonds Cultuur dat op 12 maart door de raad is ingesteld. Conclusie: een eigen entree heeft geen gevolgen voor de zaalcapaciteit van het theater. Er kunnen na realisatie dan ook geen extra kaartjes worden verkocht. Primair zou het om een zogeheten cosmetische ingreep gaan. Door verschuiving van de garderobe naar de nieuwe entree wordt door het theater verondersteld dat hiermee de mogelijkheden voor horeca-exploitatie zou kunnen worden vergroot. Wij achten het weinig aannemelijk dat de stijging van huurlasten hiermee gedekt kan gaan worden. Op basis van de bevindingen uit ons vooronderzoek concluderen we dat investeren in een eigen entree voor Theater aan de Schie niet verstandig en te verantwoorden is. Het zou de bedrijfsvoering van het theater bemoeilijken, waarbij het zeer de vraag is hoe publieke middelen kunnen worden terugbetaald via huurinkomsten. Het risico dat een investering van de geschetste omvang zich niet op enige manier terugbetaalt, achten wij te groot. Over het besluit af te zien van de realisatie van een eigen entree hebben we vanzelfsprekend contact gehad met betrokkenen.”