Categorieën

Service

Op het gymnasium

Op het gymnasium
Onderwijs

Op het gymnasium

  • Han van der Horst
  • 02-06-2024
  • Onderwijs
Op het gymnasium

Foto: Stedelijk Gymnasium Schiedam


COLUMN - Drie leerlingen van het Stedelijk Gymnasium hebben de hoog aangeschreven scriptieprijs van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen (KNAW) gewonnen.  

Hun namen worden hier met ere genoemd: Luna Leäo Helder, Sven Reuser en Mathilde von Meding. Zij deden onderzoek naar de opvattingen van jongeren en ouderen over klimaatverandering. Als de KNAW je bekroont, wil dat heel wat zeggen, want alleen de uitblinkers onder de Nederlandse hoogleraren krijgen de uitnodiging om tot dit verheven lichaam toe te treden. 

Het is tevens een extra veer op de hoed van het Stedelijk Gymnasium, want dat heeft gezorgd voor de sfeer waarin het winnend werkstuk kon ontstaan.

Ikzelf heb die sfeer niet geproefd. Ik en mijn broer waren de eersten uit onze tak Van der Horsten die door mochten leren. Dat was in de jaren zestig van de vorige eeuw, toen voor het eerst arbeiderskinderen niet automatisch naar de technische school werden gestuurd maar ook kansen kregen in het middelbaar onderwijs. Ondanks de bedenkingen van de omgeving – 'Dat is te hoog gegrepen'; 'Daar wordt hij maar groots van'; 'Laat hem meebetalen aan het gezin' - mocht ik toch naar het gymnasium. Het had voor de hand gelegen als mijn ouders mij ingeschreven hadden op het stedelijk, dat toen nog gevestigd was in het Blauwhuis op de Lange Nieuwstraat. 

Het was er een deftige bedoening. Het voerde zijn geschiedenis terug op de Latijnse School uit de vijftiende eeuw. Het aantal leerlingen was beperkt. Na het eindexamen huurden de geslaagden een jacquet met hoge hoed en hielden in huurkoetsen een triomftocht door de stad. De meisjes zullen wel in het lang zijn geweest.

Dit soort taferelen weerhielden mijn ouders ervan voor het Stedelijk Gymnasium te kiezen. Het was, dachten zij, echt een plek voor kinderen van wat we in onze kringen 'rijkelui' noemden, van jongens en meisjes met pestverbeelding. Ze zouden mij om ons woningwetflatje in de Van Limburg Stirumstraat met de nek aanzien. Ook het pas opgerichte Spieringshoek kwam niet in aanmerking. Daar waren de Van der Horsten te bekend. Daarom stuurden ze me naar het Sint Franciscus College op de Beukelsdijk in Rotterdam. Ik zou daar binnen komen als een onbeschreven blad en niemand hoefde te weten wat mijn vader voor de kost deed.

Aldus geschiedde en in 1967 haalde ik er mijn diploma gymnasium alfa. 

De stemming op school werd bepaald door de zeven paters Franciscanen onder het lerarenkorps, die samen in een grote villa woonden op het G.W. Burgerplein recht tegenover het latere palazzo van Pim Fortuyn. 

Niemand taalde ooit naar de afkomst van de leerlingen, de paters en de overige docenten wel het allerminst. Ze wilden ons emanciperen. Ze leefden nog in de overtuiging dat katholieken tweederangs burgers waren geweest in Nederland. Dat was nu afgelopen. Daarom werden we kort gehouden Anders konden de docenten ons niet volstampen met feitenkennis, vreemde talen en beschaving in het algemeen. Dr. August Cuypers, de leraar geschiedenis, liet ons citaten van Voltaire, Rousseau en Montesquieu uit het hoofd leren. Als we serieus genomen wilden worden later in de maatschappij, moesten we een heleboel paraat hebben. Meneer Reule, de docent Engels, verziekte maandelijks ons weekend door op maandagochtend een strenge schriftelijke overhoring te geven uit het boekje Pitfalls dat Engelse woorden en uitdrukkingen bevatte die Nederlanders vaak verkeerd begrepen. Je haalde echt geen voldoende als je de tien pagina´s per keer, die Reule opgaf, niet echt uit je hoofd leerde. Pater Sier van Grieks zag er op toe dat we elk tussenwerpsel, waar het klassiek Grieks van barst, ook daadwerkelijk vertaalden ten bewijze van het feit dat we ook de details gezien hadden. Meneer Smits van Latijn echter was muzikaal. Hij las passages voor uit Vergilius´ Aeneïs, bijvoorbeeld over een zeereis en voegde dan toe: ¨Hóórden jullie de golfslag?¨

Zo ging dat op het Sint Franciscus College. Pater Geers, de rector, zei altijd: ¨Met een diploma van het Franciscus gaan de deuren van het bedrijfsleven wagenwijd voor jullie open."

Als ik nu in de tram zit met al die studenten van Turkse en Marokkaanse afkomst, moet ik vaak aan mijn eigen jeugd denken. Zij zijn vast ook de eersten in hun familie die door mogen studeren. 

Ik weet ook niet of mijn ouders wel een correct beeld hadden van de pestverbeelding die op het Stedelijk Gymnasium zou heersen. Wie nu de leerlingenlijsten doorneemt – dat geldt net zo goed voor het Schravenlant en het Spieringshoek – ziet in ieder geval aan de achternamen dat het met diversiteit en inclusiviteit wel goed zit, althans sterk de goede kant op gaat.

Dwing je kinderen nooit naar het gymnasium. Je kunt er heel ongelukkig worden als je er de mentaliteit niet voor hebt. Dat heeft met afkomst of geld niets te maken. Maar als ze het willen en ze hebben er aanleg voor – als ze nieuwsgierig zijn en zich niet met oppervlakkige indrukken alleen tevreden stellen – gun ze dan die opleiding.