'Huisjesmelkerij maakt straten en buurten onleefbaar'
- Redactie
- 17-05-2025
- Wonen
Het gezin Rolfes - Van Drunen in de Rembrandtlaan, in de uitzending
ACHTERGROND - Nou, dat is weer mooie reclame voor Schiedam. Dit keer is het Lidwien Meijer, Schiedamse van geboorte en ook een beetje uit overtuiging, die deze regelmatig gebezigde ‘typische Schiedams’ kritische noot plaatst. Zij zag de uitzending ‘Kopen zonder kijken’.
In dat tv-programma schakelen mensen die behoorlijke wanhopig zijn geraakt in hun zoektocht naar een nieuwe koopwoning, de hulp in van de programmamakers, met bijbehorende makelaar en binnenhuisinrichters. Zij stellen een wensenlijst op, waaraan hun gewenste huis moet voldoen, en laten dan het werk over aan de tv-makers. Vraag me niet wat er gebeurt als de kopers het niet eens zijn met de keus van programmamakers - misschien hebben fanatieke kijkers naar dat programma dat wel eens zien gebeuren.
In ieder geval: Lidwien Meijer volgde haar ‘guilty pleasure’ en keek, en klom vervolgens verontwaardigd in de pen. Ze schreef aan wethouder Antoinette Laan: laten we nu eens echt iets doen aan die uitbuiterij!
Want wat bleek: Winny Rolfes en Peter van Drunen en hun zoontje Sam van zeven, het gezin op zoek naar een nieuwe woning in Den Haag - ‘of eventueel Delft’, komen uit Schiedam. Sinds een jaar of wat wonen ze op de Rembrandtlaan. En als zij toelichten waarom ze willen verhuizen, steken zij hun teleurstelling over de stad niet onder stoelen of banken. “Er wonen hier gewoon heel weinig andere kinderen.” Natuurlijk, ze ruilen hun bovenwoning ook graag in voor een benedenwoning met tuin, maar op zich is er niets mis met de Schiedamse woning. “Honderd vierkante meter, vijf kamers”, het is genoeg voor het gezin. Ze kwamen dan ook in Schiedam uit toen de Haagse en de Rotterdammer (bekend van Rtv Rijnmond) Sam verwachtten. “Maar nu zeggen we, als we de deur uitgaan: waar wonen we eigenlijk? Wat is dit voor een buurt. We worden daar niet heel blij van”, aldus Rolfes. “Het eerste jaar, of de eerste twee, heb ik me er niet heel erg aan gestoord, maar jij zei al na twee maanden, als je thuiskwam: dit is niet de plek waar ik wil wonen”, zo vertelt ze over zichzelf en haar man.
Hij: “We hebben dit gekocht in de veronderstelling dat we in een kindvriendelijke buurt terechtkwamen. Maar dat blijkt niet zo te zijn. De auto’s razen snel voorbij, busjes komen in sneltreinvaart voorbij, en er staan mannen die van hun werk komen, uit hun werk, die staan te roken en te drinken. Voor de speeltuin. Dat is niet heel erg uitnodigend. Het voelt niet veilig genoeg.”
Van Drunen stelt graag ook ‘een beetje gezelligheid’ in zijn buurt te hebben. “Een beetje community-gevoel, niet echt hoor, maar wel dat je gelijkgestemden tegenkomt, mensen die in dezelfde fase van hun leven zitten, ook met kinderen. Die je goeiemorgen wensen, een kort praatje maken, gewoon een beetje gezelligheid.” Dat zijn ze in Rotterdam en Den Haag zo gewend geweest.
Nou, van zo’n stelligheid kan je natuurlijk van alles vinden - hoezo heb je in zeven jaar nog geen vriendschappen aangeknoopt, waar wonen de klasgenootjes van Sam dan, en zelfs Poolse en Roemeense arbeidsmigranten hebben nogal eens wel een gezinnetje - maar het is niet leuk om te horen. Als Schiedammer, als stadsbestuurder. Lijkt ons.
En we herkennen natuurlijk wel het beeld, dat er - soms - weinig contact meer is tussen mensen, die druk zijn, de kost moeten verdienen, geen tijd hebben om lang bij het schoolplein te staan of oud-papier op te halen met de korfbalvereniging, laat staan in een school- en sportbestuur te stappen of een buurtbarbecue te organiseren. Om nog maar niet te spreken van het verlenen van mantelzorg of echt te doen aan ‘samenlevingsopbouw’.
En misschien geldt dat voor arbeidsmigranten nog wel meer: geen tijd hebben, niemand kennen, geen taal kunnen spreken, de weg niet weten, niet van korfbal houden.
Maar, zo constateert Meijer: het is ook zo dat bepaalde buurten extra aantrekkelijk zijn geworden voor huisjesmelkers, om daar een flink aantal migranten in te zetten. En dat vergt, opkoopregeling (zoals die recent is ingevoerd, in west) of niet, aandacht. Om misstanden te zien en aan te pakken, om nieuwe inwoners op weg te helpen, om het straatbeeld gezellig te houden en een schoolplein leuk om te spelen.
Want het is inderdaad toch van de gekke dat mensen wegwillen uit Schiedam, omdat de stad ‘niet kindvriendelijk’ genoeg is? In een interview met Rtv Rijnmond zegt Winny Rolfes: “We zijn niet heel materialistisch ingesteld, dus onze eis bleef vooral een leuke buurt, zowel kindvriendelijk voor Sam als gezellig voor ons.” Nou, niemand zou toch willen dat zo’n buurt er in Schiedam niet is. Sterker, dat niet heel Schiedam zo getypeerd zou kunnen worden.
Nu dan: aan de bak, zegt Lidwien Meijer. Aan de wethouder schreef ze: “Geen misverstand: die arbeidsmigranten treft mijns inziens geen blaam, wel de huisjesmelkers die de panden opkopen, en de bedrijven, die hen uitbuiten! (..) Ik hoop op verandering rond die huisjesmelkerij! Dat maakt straten en buurten onleefbaar! Alle goeds gewenst met uw zware taak!”