Categorieën

Service

Schiedams slavernijverleden valt niet te ontkennen

Schiedams slavernijverleden valt niet te ontkennen
Nieuws

Schiedams slavernijverleden valt niet te ontkennen

  • Han van der Horst
  • 09-12-2024
  • Nieuws
Schiedams slavernijverleden valt niet te ontkennen

Het document van de notaris, over de verkoop van Sara, Sophia, Hermanus en Sanderine

COLUMN - Soms moet je iets herhalen voor het indaalt. Vier Schiedamse partijen, te weten LOS, OPS, AOV en Alles voor Schiedam hebben vragen gesteld over de twee dichtregels die tegen de kademuren van de Lange Haven zijn aangebracht. Die herinneren namelijk aan het slavernijverleden, en een Schiedams slavernijverleden, daar willen deze partijen niet aan. De vandalen die de teksten nu al hebben beschadigd, evenmin. Die hebben er trouwens echt moeite voor moeten doen om de woorden 'tot slaaf gemaakten' te vernielen. Domheid hoeft voorbedachte rade niet uit te sluiten.

Onze overleden stadgenote, Sietske Altink uit de Dirk van Wassenaarstraat, had daar een prima term voor: feitenresistentie.

Sinds een jaar of wat kun je het notarieel archief van Schiedam digitaal doorzoeken. Als je dat doet kom je er achter dat bijvoorbeeld notaris Knappert in de achttiende eeuw regelmatig contracten opmaakte waarin het over slavernij gaat. Iemand gaat bijvoorbeeld in opdracht van een Schiedamse eigenaar werken als chirurgijn op diens slavenplantage.

Ik schrijf dit nu op zondagavond om 21.33. Ik open op mijn tweede computerscherm de Transkribus van het gemeentearchief. Ik vind met het zoekwoord 'slavin' 119 resultaten. En om 21.38 kan ik het volgende overschrijven:

"Op huiden den 3 october 1750 compareerde voor mij Isaac Penning Junior notaris bij den hove van Holland geadmitteerd, binnen Schiedam resideerende ter praesentie van de nagenoemde getuigen Den welEdele Gestrenge heer Samuel de Mongo, wonende te Overschie dog zynde teegenswoordig binnen deze stad aan mij Notaris bekemd. Dewelke verklaarden te Constitueeren en maaken de Heer Christoffel Michiel Busch, woonende in de Colonie Suriname, Specialijk om de Mulattin Sara Slavinne op zijn Heer Comparants plantage genaamt Vlammenburg, gelegen in de opgemelde Colonie met haar Suygend kind, Sophia alsmede haare twee andere carboeger kinderen, zijnde Hermanus en het meijsje Sanderina aan de heer D.G. Lutz te verkoopen en dezelve Sara met haare drie kinderen aan zijn Ed. in eigendom af te staan en omdat wel voor een somma in presatie door deskundige aldaar de te doen en de penningen te ontfangen en daarvoor te quiteeren. Dan ingevallen door den geconstitueerden mogte oordelen, dat in de plaats van constanten in betaaling te ontvangen andere slaaven daar tegens door den genoemden heer D.G. Lutz werden uitgewisselt en door den geconstitueerden werden ingeruylt zulks als dan meede te Effectueeren en in alle gevallen daarin en omtremnd alles te doen en verrigten dat nodig is en vereyscht zal werden als de heer comparant zelve present zijnde, zoude konnen vermoogen en moeten doen onder beloften van approbatie en verband als na regten. Aldus gepasseert ter Präsentie van Johannes Koer & Jacob Gagestein als getuigen.¨

Kwartiertje werk en het eerste bewijsstuk is geleverd. Voor het goede begrip: een mulattin is half blank half zwart, een carboeger, slechts voor een kwart blank. Dat was destijds belangrijk want een lichtere huidskleur leverde een hogere verkoopprijs op. Er wordt een onafhankelijk taxateur ingeschakeld om de waarde van Sara en haar kinderen te bepalen, in geld of in andere slaven, mocht het tot een ruil komen. Dat laatste is heel goed denkbaar want in Suriname bestond een groot gebrek aan contanten en men bedreef veel ruilhandel. 

Zouden de vier Schiedamse partijen die nu de wethouder met domme vragen lastig vallen, misschien eens hun aandacht op het stadsbelang kunnen richten? Daar zouden velen dankbaar voor zijn. En als je die gewraakte regels op de kade van de Lange Haven ziet staan, denk dan eens aan Sara, Sophia, Hermanus en Sanderine, van wie de doorverkoop op een Schiedams notariskantoor werd geregeld. Er is verder niets over hun lot bekend, maar misschien verdienen ze toch een monumentje of een van de muurschilderingen die in het kader van Schiedam 750 zullen worden gemaakt.