Categorieën

Service

Ida van Pelt: zo gewoon dat ze opviel

Ida van Pelt: zo gewoon dat ze opviel
In memoriam

Ida van Pelt: zo gewoon dat ze opviel

  • Kor Kegel
  • 03-07-2025
  • In memoriam
Ida van Pelt: zo gewoon dat ze opviel

Foto: Rob Siegerist, reproductie Patrick Wanders

IN MEMORIAM - Nee, ze kon hem niet aan de tafelpoot vastbinden. Haar zoon was vrij om te gaan en te staan waar hij wilde, Gerard Padberg was immers al 38 jaar en hij had in november 2005 het plan opgevat om vanuit de Gorzen in Schiedam met een bakfiets naar Israël te rijden, met als doel geld in te zamelen voor een jongerenkerk in Hoogeveen. Vreemd genoeg had de lokale pers slechts geringe aandacht voor dit opzienbarende plan.

Gerard Padberg was de zoon van Ida van Pelt. Ze had gewoond in wat we tegenwoordig ‘de oude Lekstraat’ noemen. Het was een stukje Lekstraat tussen de kruidenierszaak van Annie en Toon de Leede en de ‘Poeplaan’. Hier woonde een volks milieu: de bewoners leefden op de rand van het minimum, maar hadden een groot hart en de sociale samenhang was waar je vandaag de dag jaloers op zou kunnen zijn. Na de scheiding van Henk Padberg en Ida van Pelt kwam ze in de Rozenburgsestraat te wonen en zoon Gerard, wonend op een bootje in Hoogeveen, fietste naar Schiedam om zijn moeder met de verhuizing te helpen.

Fietsen kon hij dus wel.

Ida van Pelt zwaaide hem in de Rozenburgsestraat uit op woensdag 12 april 2006. Gerard zou voor het goede doel via Duitsland, Polen, Oekraïne, Rusland, Georgië, Turkije, Syrië en Libanon naar Israël fietsen. Hij zou er twee jaar over doen. Met zijn  bakfiets zou hij dertig kilometer per dag halen. Het is opmerkelijk dat de Krantenbank van het Schiedamse gemeentearchief geen artikelen toont hoe de bakfietstocht verliep en hoe het eindigde, maar waar het hier om gaat is dat Ida van Pelt haar zoon alle ruimte gaf voor deze hachelijke onderneming. “Ik kan hem toch niet aan de tafelpoot vastbinden?”, zei ze in de lokale pers op de dag van zijn vertrek.

Op donderdag 19 juni is ze op 88-jarige leeftijd overleden. Jarenlang werd ze liefdevol verzorgd in Frankeland aan de Sint Liduinastraat, de plek waar veel Gorzenaren het liefst naartoe gaan als ze niet meer zelfstandig kunnen worden. “Een markant Schiedammer is niet meer”, schreef de familie (inclusief Gerard Padberg) in de overlijdensadvertentie. Markant was Ida van Pelt omdat ze buitengewoon geïnteresseerd was in een ieder die ze ooit was tegengekomen. Komend uit een achterbuurt leefde ze mee met iedereen die er in het leven op vooruitging – maar met alle empathie als het met haar kennissen minder voor de wind ging. Ze hield haar contacten bij met een uitstekend geheugen. Als ze je eenmaal gevraagd had hoe het met je kinderen was, met partners, met ex-partners, of je nog werk had en wat voor werk, dan kon ze bij een volgende ontmoeting – al was het jaren later – er feilloos op doorvragen.

Ida woonde in de Rozenburgsestraat en kende niet alleen al haar buren – tegenwoordig is dat in sommige wijken al heel bijzonder – maar ze kende iedereen in de Gorzen. Dat kwam niet alleen omdat de halve wijk door de Rozenburgsestraat komt, maar ook omdat ze actief op mensen afstapte en een praatje maakte. Ze was heel eenvoudig – en heel nieuwsgierig. Er zijn er niet veel die zo veel over de Gorzenaren weten als Ida van Pelt door haar smalltalk en haar grote geheugen. Nooit misbruikte ze wat ze allemaal wist.

Ida van Pelt kwam nogmaals in de lokale pers. Eind 2009 had ze in het maandblad De Binnenkant geklaagd dat de passagiers van buslijnen 54 en 57 veel troep lieten slingeren, omdat er bij de bushalte in de Rozenburgsestraat geen prullenbak was. Ze woonde er recht tegenover en voelde zich verantwoordelijk om het aan te zwengelen. Tot in de bewonersvereniging Schiedam-Zuid was er verbazing hoe snel de gemeente en Irado op haar klacht reageerden. Binnen een week na publicatie was er een prullenbak geplaatst. Ida was helemaal beduusd dat ze dat als gewoon wijffie voor mekaar gekregen had.