Heli's worden niet verhuisd buiten Rotterdam

ROTTERDAM -  De helikopters van het traumateam en de politie verdwijnen niet van het Rotterdamse vliegveld. Daarmee komen de uitbreidingsplannen van de luchthaven verder in het gedrang.

Verplaatsing van de helihaven naar een locatie buiten Rotterdam was een van de belangrijkste voorstellen van het in de afgelopen jaren geleverde overleg, wat door 'verkenner' Joost Schrijnen vorig jaar werd vertaald tot een advies.

Verhuizing is uitgesloten, zo blijkt nu uit een onderzoek van de provincie Zuid-Holland en de gemeenten Rotterdam, Lansingerland en Schiedam. De vier overheden bundelden hun krachten in de Bestuurlijke Regiegroep Rotterdam the Hague Airport (BRR). Deze bekeek veertien mogelijke locaties. Het 'uitplaatsen' van de helikopters kan niet omdat de nieuwe locaties niet voldoen aan diverse eisen. De plek moet centraal liggen in het gebied (Rotterdam-Den Haag) waar de helikopters nu het meest vliegen. Ook moet de locatie dicht bij een snelweg liggen. Daarnaast stelt Luchtverkeersleiding Nederland hoge veiligheidseisen. Meest kansrijk leken twee plekken rond Delft: langs de A13 tussen Delft en Delfgauw en langs de A4 tussen Delft en De Lier. Verplaatsing naar deze locaties levert hoge extra kosten op. Ook de gebruikers van de heli's en de Luchtverkeersleiding Nederland betoonden zich geen voorstander van verhuizing.

Het vliegveld in Rotterdam kan nu geen nieuwe soorten vluchten - van nieuwe aanbieders, van en naar nieuwe bestemmingen - herbergen omdat de geluidsgrenzen zijn bereikt. Verplaatsing van de veelvuldige helikopterlandingen en -vertrekken had nieuwe 'geluidsruimte' op moeten leveren.

Nu dit geen optie blijkt, wordt het vaststellen van een nieuw Luchthavenbesluit door de rijksoverheid de enige manier die de uitbreidingsplannen van het voormalige vliegveld Zestienhoven soelaas kan bieden. Het vliegveld kan voorstellen om daar uitbreiding van het vliegverkeer in op te nemen.